Het beroep van syndicus is niet bij iedereen gekend.
Het heeft dan ook meer te betekenen dan wat er van gedacht wordt.
Als syndicus moet hij van heel wat markten thuis zijn.
Er wordt van hem verwacht dat hij op de hoogte is van al wat te maken heeft met het gebouw dat eigendom is van de leden van de VME, Vereniging van Mede-Eigenaars. Zowel technisch, financieel en administratief moet hij het beheer in goede banen leiden.
De beste syndicus heeft zowel kennis van de bouw en zijn technieken, kan juridisch mee met al wat hierover belangrijk is, weet heel wat af van boekhouden en kan perfect een vergadering beleggen en mee sturen. Hij blijft zich dan ook bijscholen zowel over wetgeving als technieken.
Een syndicus is niet te vergelijken met een concierge.
Dat zijn twee totaal verschillende functies. De concierge zal dikwijls de praktische zaken zelf trachten op te lossen en zorgt ter plaatse voor de goede orde.
Hij krijgt meestal de opdrachten via de syndicus of hij kan ter hulp geroepen worden door een eigenaar/bewoner voor het oplossen van kleinere werkjes zoals het vervangen van lampen e.d.
Als er geen concierge is zal de syndicus een beroep doen op externe firma's om praktische zaken op te lossen.
Mits toestemming van de VME en indien hij het beheerst kan hij zelf sommige praktische taken uitvoeren.
Het werk van de syndicus is eerder organiserend en administratief.
Een syndicus is dus een allrounder die zowel administratief, juridisch, als technisch onderlegd is en bovendien goed met mensen overweg kan.
Hij moet vooral neutraal zijn in het werk dat hij moet doen en in de contacten met de mede-eigenaars.
Zoals men in de volksmond nogal eens zegt "de kerk in't midden houden".